Mijn verhaal begint op 18 mei 1998, toen ik na een bezoek aan een vriend in Colorado Springs op de terugweg naar Nederland een tussenstop van een paar dagen in Minneapolis maakte om daar een andere vriend te bezoeken.
Ik heb Engels gestudeerd aan de universiteit van Nijmegen en ik wist dat je ook Nederlands als bijvak kon volgen aan de Univerity of Minnesota. Als taalkundige (en als talengek) leek het me daarom wel leuk om eens een college Nederlands bij te wonen om te zien hoe Nederlands wordt gegeven aan een Amerikaanse universiteit.
Tiffany was een van de studenten en na de les raakten we aan de praat. We wisselden e-mailadressen uit en begonnen elkaar te schrijven en later ook te telefoneren. Al gauw werd duidelijk dat we allebei veel voor elkaar voelden en in juni 1999, twee weken na haar afstuderen, verhuisde Tiffany naar Nederland, naar Veghel om precies te zijn, waar ik woonde (en ook ben opgegroeid). Haar ouders waren daar in het begin helemaal niet gelukkig mee; zij zagen hun dochter naar het buitenland verkassen om te gaan hokken met een 10 jaar oudere man die zij maar oppervlakkig kenden. (Nadat ze zelf een bezoek aan Nederland hadden gebracht en zagen dat het "menens" was, zijn ze overigens helemaal bijgetrokken.)
Tiffany vond het in Nederland erg leuk, maar kon heel moeilijk aan werk komen. Ze had een Bachelor's in Engelse literatuur en daar zit men in Nederland ook niet echt op te wachten. Bovendien was haar Nederlands veel te goed voor de inburgeringscursus (die ze, zo bleek, niet eens hoefde te volgen!), maar net weer niet goed genoeg voor een baan op enig niveau in een volledig Nederlandstalige werkomgeving. Daar komt nog bij dat Veghel ook niet echt het centrum van het universum is...
Op 27 september 2000 trouwden we in een kasteeltje in Sint Oedenrode. We hadden tegen die tijd ook al besloten naar de V.S. te verhuizen. Daar had Tiffany veel meer mogelijkheden op werkvlak dan in Nederland en ik had zoveel werkervaring dat ik ongetwijfeld ook heel gemakkelijk aan werk zou kunnen komen. De ouders en broer van Tiffany woonden in Minneapolis en daarom besloten we daar naar toe te verhuizen.
Daags na ons trouwen gingen we naar het Amerikaanse consulaat in Amsterdam om de procedure voor mijn verblijfsvergunning in gang te zetten. Dat ging allemaal heel soepel en begin december 2000 verhuisden we naar de V.S. We hadden ons huis in Veghel verkocht en ook alle meubels en zo. We namen alleen kleren, boeken, CD's en wat ander klein persoonlijk spul mee. Ik kende Minneapolis en de V.S. al heel goed en daarom had ik helemaal geen last van cultuurschok. Ik sprak de taal accentloos en was al diverse keren in Amerika geweest. Aangezien we met de verkoop van ons huis in Nederland een behoorlijke winst hadden gemaakt, konden we in Amerika een goede start maken zonder onszelf in de schulden te hoeven steken. Al gauw vond ik een leuke, goedbetaalde baan als "information developer" bij een softwarebedrijf, waar ik me bezighield (en -houd) met de documentatie en localisatie van onze softwareproducten.
Na bijna vier jaar hadden we het wel gezien in Minneapolis. Het is een leuke stad om te wonen, maar we wilden dichter bij een kust zitten en we vonden het klimaat wat extreem. (Het waren meer de hete, vochtige zomers die ons tegenstonden dan de lange, koude winters.) Tiffany had ondertussen haar Master's in Library and Information Science (MLIS) gehaald.
Toen ik mijn baas vertelde dat we overwogen te verhuizen, vroeg ze of ik voor het softwarebedrijf wilde blijven werken. We konden in feite gaan wonen waar we wilden en ik kon mooi vanaf thuis hetzelfde werk doen als ik al deed. Ideaal! Dat maakte verhuizen wel heel gemakkelijk.
Na ook Boston en Londen te hebben verkend, kozen we uiteindelijk voor Seattle vanwege het milde klimaat (koele, droge zomers!), de natuurschoon en het progressieve karakter van de stad. In september 2004 verhuisden we van Minneapolis naar Seattle (zo'n 2700 km). Na eerst een paar maanden in een huurappartement in Kirkland te hebben gewoond, kochten we in november 2004 een huis in Seattle (in de Ravenna-buurt). Daar zitten we alweer bijna anderhalf jaar en het bevalt ons werkelijk perfect. Bij helder weer zien we Mt. Rainier vanuit onze huiskamer. Ik werk lekker thuis met de poes op schoot. 's Ochtends loop ik naar beneden, zet mijn vier computers aan, maak een pot thee en begin mijn werkdag. Vanwege het tijdsverschil met Minneapolis begin ik meestal al om 7:00u met werk en stop ik zo rond 16:00u. Ik onderhoud mijn contacten per e-mail, telefoon en WebEx.
Naast mijn reguliere werk geef ik Nederlandse les aan een plaatselijke "community college" hier in Seattle en doe ook regelmatig vertaalwerk op freelancebasis (voor het vertaalbureau in Nederland waar ik een aantal jaren als full-time technisch vertaler heb gewerkt en ook voor plaatselijke bedrijven).
Tiffany werkt nu voor Seattle Public Library in een van de buurtvestigingen en heeft het daar erg naar haar zin.
De komende jaren zitten wij nog wel in Seattle. Voorlopig is er voor ons geen enkele reden om terug naar Nederland te verhuizen.
Zo zie je maar weer, er zijn ook succesverhalen!
(Ik realiseer me overigens terdege dat onze situatie niet de norm is en ik ben dan ook heel dankbaar voor wat ik heb...)
Ron van de Crommert
http://www.dutchavenue.com
dutchguy@comcast.net